Den Haag: De Eerste Kamer heeft dinsdag ingestemd met de wet van demissionair woonminister Hugo de Jonge die de middenhuur flink aan banden gaat leggen.
Ondanks verzet van aanstaande coalitiepartijen BBB en VVD zal de wet daardoor per 1 juli ingaan.
De senaat heeft wel afgedwongen dat een nieuw kabinet de vinger flink aan de pols moet houden na het ingaan van de huurwet.
Binnen een jaar moet er, op aandringen van BBB, al een evaluatie komen of de strenge regels voor de middenhuur niet voor een daling van het aanbod van huurwoningen zorgt.
Daarnaast krijgen gemeenten op aandringen van het CDA tot januari de tijd voor ze de nieuwe regels moeten gaan handhaven. Dat geeft volgens de christendemocraten verhuurders ook langer de tijd om aan de nieuwe regels te voldoen.
Tot slot wil de senaat dat het nieuwe kabinet rond Prinsjesdag in beeld brengt hoe de overdrachtsbelasting voor beleggers in huizen flink kan worden verlaagd, om te voorkomen dat verhuren te onaantrekkelijk wordt.
Bij sommige partijen en de huursector zijn er zorgen dat dat laatste sowieso gebeurt door de huurwet van De Jonge. Daarin voert hij een strengere huurbescherming in aan de hand van het puntensysteem voor huurwoningen. Tot 187 punten wordt de prijs aan banden gelegd, een woning mag dan maximaal 1123,13 euro per maand kosten. Door de regels strenger te maken, gaan er volgens het ministerie meer woningen onder die grens vallen, waardoor excessen op de huurmarkt worden tegengegaan.
De aanstaande coalitiepartijen BBB en VVD vrezen dat verhuren niet meer loont en het aanbod hard achteruit gaat.
Zij stemmen daarom tegen de wet, die opvallend genoeg uitgevoerd zal moeten gaan worden door de aanstaande woonminister en BBB-vicepremier Mona Keijzer. Zij verzette zich in de Tweede Kamer als BBB-parlementariër nog stevig tegen de wet.
<LC.26.06.2024>