DAMWÂLD – Op steeds meer inventieve manieren vissen criminelen naar je geld of gegevens. Senioren in Dantumadiel krijgen tips over hoe ze de trucs van deze cybercriminelen kunnen herkennen.
‘Hee pap, ik ben in het buitenland voor mijn werk en ik ben mijn portemonnee verloren. Zouden jullie wat geld kunnen overmaken?’ Die vraag whatsappte de zoon van Doeke (73) en Geesje (71) van der Zee uit Damwâld een tijd geleden naar zijn ouders. Tenminste, iemand die zich voordeed als hun zoon. ,,Onze zoon was destijds daadwerkelijk in het buitenland”, vertelt Doeke, ,,dus dat was best geloofwaardig”. Toch vertrouwde het echtpaar het niet. Ze belden hun zoon om het even te checken. ,,Die wist van niks.”
Ze zijn niet de enigen die weleens via whatsapp zijn benaderd door iemand die op geld uit is, blijkt bij een voorlichting over digitale veiligheid op het gemeentehuis van Dantumadiel. Als Hielke Grijpstra (20), student Integrale Veiligheidskunde aan NHL Stenden, aan de vijftien aanwezigen vraagt wie er weleens te maken heeft gehad met Whatsappfraude, gaan er meerdere handen de lucht in.
Bij inwoners van de gemeente Dantumadiel komt digitale fraude relatief iets vaker voor dan in de omliggende gemeenten, onderzocht Grijpstra tijdens zijn stage bij de gemeente met gegevens van de politie. In de voorlichting, die hij woensdag aan meerdere groepen heeft gegeven, informeerde hij de senioren over cybercriminaliteit en hoe ze kunnen voorkomen dat ze in de trucs van criminelen trappen. Naast Grijpstra zijn er ook voorlichters namens de Rabobank en de politie aanwezig om vragen van aanwezigen te beantwoorden.
,,Als je bent opgegroeid in het digitale tijdperk, heb je misschien sneller door of iets wel of niet pluis is”, zegt wethouder Gerben Wiersma over het initiatief voor de middag, ,,maar dat wordt lastiger als je digitaal moeilijker de weg weet te vinden”.
Bij Doeke en Geesje liep het goed af, maar het echtpaar kent ook mensen die door fraude veel geld zijn verloren. Doeke: ,,Dat maakte misschien ook wel dat we alert waren op dit soort acties.”
‘Spoofing’
Waar het grootste deel van de aanwezigen de term whatsappfraude wel kent – waarbij iemand zich via Whatsapp voordoet als een bekende die geld nodig heeft – moet Grijpstra de term spoofing even uitleggen. ,,Bij spoofing lijkt het alsof een betrouwbare instantie, zoals de bank, een gemeente of de belastingdienst, je benadert. Bijvoorbeeld via de mail of per sms. Ze zeggen dat je nog een geldbedrag hebt openstaan, of zijn uit op je gegevens.”
Naast spoofing en whatsappfraude behandelt Grijpstra ook helpdeskfraude, een vorm van telefonische fraude waarbij iemand zich voordoet als een medewerker van een betrouwbare instantie, phising , waarbij criminelen proberen je persoonlijke gegevens als je pincode of creditcard te achterhalen, en datingfraude, waarbij je wordt opgelicht door iemand die je hebt leren kennen op een datingsite, website, sociale media of online game.
Gevoel van urgentie
De neppe mails, belletjes of websites zijn soms haast niet van echt te onderscheiden. Daarnaast creëren criminelen vaak een gevoel van urgentie. ,,Je moet bijvoorbeeld heel snel iets overmaken.” Wat Grijpstra betreft is de belangrijkste tip daarom dat je de afzender controleert. ,,Check of het mailadres of het telefoonnummer klopt, en klik nooit op een link als u de afzender niet vertrouwt. Twijfel je? Zoek dan via de bekende wegen contact met degene die jou benadert. Bel je kind via het voor jou bekende nummer, bel de betreffende instantie op om te vragen op het klopt.”
,,Is het mogelijk om geld dat je hebt overgemaakt terug te halen?”, wil een van de aanwezigen weten. ,,In verreweg de meeste gevallen niet”, legt Thea Kuipers van Rabobank Drachten & Noordoost Friesland uit. ,,Alleen bij transacties naar het buitenland kunnen we het in sommige gevallen nog tegenhouden. Daarom is het belangrijk dat u het meteen meldt als u denkt dat u ten onrechte geld hebt overgemaakt.”
Fries
Willy Wijbenga (78) uit De Westereen is naar eigen zeggen alert en heeft zo haar manieren om te achterhalen of iets klopt, vertelt ze met een kop koffie in de hal van het gemeentehuis. ,,Ik praat gewoan Frysk. De measte ynstânsjes dêr’t ik kontakt mei ha kinne Frysk, dat as se it net ferstean, dan is dat al fertocht”, zegt ze lachend. ,,En oars sis ik: stjoer mar in brief.” Ze is weleens via whatsapp benaderd door een onbekend nummer, vertelt ze. ,,Saneamd ien fan myn bern, oft ik jild oermeitsje koe.” Ze trapte er – ‘fansels’ – niet in. ,,Myn bern neame my gjin mam, mar mem, dat ik wist dalik dat it net yn ’e heak wie.”
<FD.24.01.2025>